De Fozzels

Ik ben dus Liek. Ik ben altijd bezig om ervoor te zorgen dat mijn twee vrienden Skuttel en Vlek zich een beetje gedragen. Ze zijn namelijk nogal druk. We hebben dan ook geen tijd te verliezen. Ik moet namelijk zorgen dat mijn gasfles altijd vol is. En dat is héél erg moeilijk. Dat komt omdat er steeds minder gas is op onze wereld. Mensen gebruiken zo ontzettend veel gas. Ik weet zeker dat het wel eens op zou kunnen raken. En dan?

Voorlopig is er nog wel iets. Jullie weten precies wat ik altijd zoek. Het gas waarmee je kookt, zodat je heerlijk kunt eten en het gas waarmee je het huis lekker kunt verwarmen.

En ik ben Vlek. Vlekken heb je als je vies bent, en ik ben dus altijd vies. Behalve als ik in bad ben geweest, maar dat doe ik niet zo vaak want dat vind ik niet leuk. Ik krijg die vlekken van de olie die ik steeds wil hebben. Mijn olie bewaar ik in mijn jerrycan en wordt gebruikt in machines. Dan komt er wel wat rotzooi in de lucht, maar dat is dan maar zo. Net als Skuttel ben ik altijd zoooo blij als ik nieuwe olie heb gevonden, dat wil je niet weten. Die olie haal ik dan uit de grond met mijn ja-knikker. Die gaat op en neer, net alsof je ja-knikt. En dan gaat een heeeeeele lang buis in de grond en komt er weer olie naar boven. Goed hè? Ik moet alleen steeds verder boren om tot bij die olie te komen, maar dat lezen jullie nog wel eens in een van onze boeken. 

Ik zoek kolen! Steenkolen bedoel ik, die dingen waar je zo enorm zwart en vies van wordt. Ik wil ze hebben! Altijd! Overal! Als ik er niet genoeg heb dan moet ik ze zoeken. Want ze zijn zo op.
Oh ja….., ik ben trouwens Skuttel.

Ik gebruik kolen namelijk om ze in brand te steken. Want door die hitte gaan machines werken. En verwarmingen aan. En nog meer van dat soort dingen. Als ik ze zie dan pak ik mijn schep en dan gooi ik alle kolen die ik vind in mijn tas hier. Ik ben heeeeeel sterk, dus kan ik best een grote tas tillen!

Jammer dat ik steeds minder kolen vind, ze zijn nu alweer bijna op dus ik moet nieuwe gaan zoeken. Nou doei!